Vertaling Bijbel, Kanttekeningen SV, [], [28]Ruben hoorde dat, [29]en verloste hem uit hun hand; en hij zeide: Laat ons hem niet aan het [30]leven slaan. 28. Of, toen Ruben dat gehoord had, en zo vervolgens. Het schijnt dat Ruben, bemerkende dat zijn broeders Jozef wilden doden, deze manier in het vorafgaande vs. voorgeslagen, liever heeft willen toestaan, omdat hij voornemens was hem naderhand uit den kuil te verlossen, zoals in het volgende vs. verhaald is. 29. Dat is, hij zocht hem te verlossen. 30. Hebr. ziel; dat is leven. Hij wil zeggen, laat ons hem het leven met onze eigen handen niet benemen. Het woord ziel wordt aldus elders ook gebruikt. Zie boven, hfdst.19 vs.17.